-
Home
back to the homepage
-
Levens en stervenskunstenaar
-
Portfolios
showcasing our work
-
Contact
get in touch with us
levens en stervenskunstenaar pur sang (1964 | 2020)
Het is een bekend fenomeen dat de meest creatieve en liefdevolle mensen pas de eer voor hun (levens)werk krijgen als ze het aardse voor het eeuwige hebben verruild. En dat geldt zeker voor Hengeloër Therus Buijs die op 26 februari op 56 jarige leeftijd er zelf voor koos om de baas te blijven over zijn slokdarmkanker oftewel zijn leven te laten beëindigen. Op woensdagmorgen 26 februari blies Therus samen met zijn broer en maatje William Buijs zijn laatste sigaartje uit en zei “van die corona heb ik straks geen last meer, maar jullie krijgen er nog wel last van” en dat gelijk heeft hij zeker gekregen.
Therus leefde een leven met de nodige ups and downs – maar tot verrassing van velen – bleek dat leven uiteindelijk ook een leven van een begenadigd muzikant, cartoonist en tekenaar te zijn. Therus had vele talenten, maar zijn grootste talent was misschien wel zijn kracht om zich met alle mensen die dicht om hem heen stonden intens te kunnen verbinden. Dat maakte dat hij heel bewust en zorgvuldig afscheid van het leven en van hen heeft kunnen nemen.
Therus werd 11 februari 1964 in Enschede geboren. Groeide op in een gemoedelijk gezin met lieve ouders en een 3 jaar oudere broer William. Vader Buijs had een bijzondere passie voor hout, waar hij ook zijn werk, a;s leraar aan de LTS, van had gemaakt. Charmante moeder Buijs beoefende het vak van schoonheidsspecialiste. Het grootste gedeelte van zijn jeugd brengt Therus door in Enschede, waar het gezin Buijs zo’n beetje de eerste bewoners van de nieuwe wijk Wesselerbrink vormt. Op de Wesselerbrink wordt ook de lagere school en de MAVO succesvol doorlopen. Op de MAVO ontwikkelt Therus zijn talent om gitaar te spelen – soms tot grote ergernis van niet alleen de buren – want broer William moest vaak ‘meegenieten’ van steeds hetzelfde riedeltje waarop Therus oefende. De destijds moderne huizen waren toen nog niet al te best geïsoleerd.
Na de MAVO volgt de MTS, waar Therus de richting Weg- en waterbouw kiest. Het gezin Buijs verhuisde naar Hengelo naar een mooie plek buitenaf. Dat biedt Therus de mogelijkheid om een kroegje te bouwen en daar met een paar vrienden muziek te maken. Na het behalen van zijn diploma Weg- en waterbouw moet hij in 1985 zijn dienstplicht vervullen. Na zijn dienstplicht woont hij kort samen met een vriendin in Hengelo. Maar Therus zat niet stil en solliciteert bij het Kadaster in Utrecht en wordt daar prompt aangenomen. Zijn vriendin heeft geen zin om naar Utrecht te verhuizen, dus pakt Therus zijn boel op en gaat alleen.
In Utrecht richt Therus de ‘City Blue Band’ op en er wordt weer volop muziek gemaakt. Na een aantal jaren ruilt Therus zijn werkplek Utrecht in voor een plek bij het kadaster in Rotterdam. In die tijd focust hij zich intens op zijn werk, en muziek rock and roll en bleus. Helaas ontwikkelt zich helaas ook een alcoholprobleem. Uiteindelijk neemt Therus zelf de beslissing om zich in 2010 succes vol te laten behandelen.
In deze tijd begint Therus als tijdverdrijf te tekenen. Het zijn eerst onschuldige schetsjes op – ansichtkaartformaat – van een bosrand. Zo intens als hij weet te leven en muziek te maken zo gaat hij ook tekenen. En hoe, Therus ontwikkelt een meesterlijke wijze van tekenen, die uitmondt in de meest prachtige en gedetailleerde tekeningen van vogels, vissen en vele andere dieren. Therus bleek een waar natuurtalent!
Therus verhuist naar zijn oude woonplaats Hengelo waar hij met zijn werk, muziek en tekenen weer een nieuw leven opbouwt, helaas duurt dit geluk niet lang.
In 2012 wordt er namelijk suikerziekte geconstateerd en mocht er geen suiker meer gebruikt worden. Dit eenmaal onder de knie, volgt in 2015 de diagnose mondbodemkanker. Een ziekte die Therus doet stoppen met zijn rookverslaving maar bleef bij zijn overtuiging “eens een roker altijd een roker”, waarmee hij bedoelde dat de behoefte aan een sigaret of sigaar voor hem altijd aanwezig bleef.
Eind 2019 komt de nekslag, er wordt slokdarmkanker vastgesteld door de artsen. Genezing is niet meer mogelijk, en gelijk is er een verbod op alcohol, suiker, normaal eten en natuurlijk mag er niet gerookt worden. Therus moet aan de sondevoeding en dat is absoluut een straf voor iemand die zo intens van lekker eten kon genieten als hij. Therus zou Therus niet zijn als hij ondanks alle tegenspoed zijn galgenhumor weet te behouden. En sterker nog, in de laatste maanden van zijn leven ontstaat er echt een uitbarsting van de enorme creativiteit en van alle talenten die Therus rijk was. De mooiste tekeningen, de meest bizarre maar ook zeer komische cartoons vloeien uit zijn pen, de gitaar wordt opgepakt en de moeilijkste Joe Satriani-gitaarsolo’s klinken ogenschijnlijk moeiteloos uit de prachtige witte Fender Stratocaster… alsof Therus gisteren nog een optreden in Madison Squaregarden gaf, samen met de meester Satriani zelf.
Alle tijd die Therus rest besteedt hij aan het tekenen. Aanvankelijk schetst hij bosranden, die al snel worden opgevolgd door vissen, bloemen, vogels en andere dieren. Eerst in zwart wit, later in kleur. Hij gebruikt hiervoor kleurbalpennen van de Wibra. Zijn leus was dan ook: “kijk wat je ken met een Wibra pen”. Zijn tekeningen worden steeds beter en hij maakt nu ook tekeningen gebaseerd op een woordgrap tussen een product of begrip en het dier.
Hieronder afbeeldingen van:
De laatste weken, dagen en uren doorleeft Therus op een wonderbaarlijke manier. Een nicht noemt Therus een ‘stervenskunstenaar’ en dat is een vlag die de lading zeker dekt, in veel opzichten. Therus is en blijft ook in deze fase vooral de liefdevolle man voor alle mensen die hem zo dierbaar zijn. Zijn dierbaren en vooral zijn broer en schoonzus hebben onvoorwaardelijk in hem geloofd en hem ondersteund. Hij belt zelf een uitvaartondernemer met de opmerking dat ie dood ging en vraagt haar of zij zijn ‘afscheidsfeest’ wil organiseren, het liefst in een kroeg. Hij wil nog één keer goed voor zijn genodigden zorgen, met natuurlijk veel muziek, gezelligheid voorzien van het nodige eten & drinken. Zijn leven is – in zijn ogen – prachtig geweest en hij wil dat dit gevierd gaat worden, ook al betreurt hij het zeer dat hij er – hoogstwaarschijnlijk – niet zelf bij aanwezig kan zijn. In de laatste weken geniet hij enorm van het feit dat hij nog met een warme hand enkele wensen van zijn geliefde familie en vrienden kan vervullen.
Therus kiest ervoor om van het einde van zijn leven een kunst te maken. Hij geeft heel duidelijk aan hoe hij het wel, maar ook vooral hoe hij het niet wil. Zijn afscheid, zijn sterven…. Geen lijdensweg, geen standaard pad en zeker geen traditionele uitvaart en een uitvaart die daar zeker bij aansluit. Dus kiest Therus ook zijn eigen uitvaartondernemer. Eentje die erom bekend staat graag ‘van het pad af te gaan’. Het klikt meteen tussen de uitvaartondernemer en Therus en voor een eigenheimer als Therus Buijs was ook dat een bijzonder gegeven. Therus had je niet zomaar…
Het afscheidsfeest van Therus verloopt dan ook geheel naar zijn wens. Op een bijzondere locatie in de Lutte wordt in een oude boerenschuur een compleet bruin café ingericht. Alle vrienden, geliefden en naasten worden door Therus zelf uitgenodigd en er wordt rijkelijk geproost op het leven van Therus waarbij broer familie en vrienden hun glazen op de kist van Therus achterlaten. Een prachtig en vooral goudeerlijk verhaal wordt verteld door jeugd- en boezemvriend Jeroen. Een grote stoere kerel – tot tranen toe geroerd – omdat zijn maatje Therus hem verlaten heeft. Zijn collega Monique geeft treffend weer wat een bijzondere, persoonlijkheid en collega Therus alle 25 jaren is geweest. In een recent opgenomen video zien ze Therus’ laatste briljante gitaarsolo’s, en in de kroeg hangen veel kopieën van zijn kunstwerken aan de wand die door de genodigden als aandenken meegenomen mogen worden, net als de tientallen pennen – van de Wibra- die in bosjes samengebonden ook meegenomen mogen worden.
Het mooiste cadeau is misschien wel het boekje vol cartoons – waar Therus zelf vlak voor zijn dood nog de opdracht voor geeft – die in een officiële eerste druk wordt uitgereikt aan alle aanwezigen. Het uitdragen van de kist – door als de Bluesbrothers geklede maatjes en onder luide klanken van het bekende lied ‘Everybody Needs Somebody to Love’ – is er één om rillingen van te krijgen. En juist de symboliek van dit lied is Therus zo op het lijf geschreven.
Want die stoere Therus met z’n leren jas, puntige cowboylaarzen en galgenhumor was niet alleen iemand die het leven en zijn dierbaren liefhad, hij bleek vooral in staat het zijn geliefden gemakkelijk te maken afscheid van hem te nemen. Dit getuigd van lef en moed. Niet alleen door hen uit te nodigen voor een afscheidsfeest in plaats van een traditionele uitvaart, niet alleen door hen prachtige cadeaus – met warme hand – te geven, maar vooral ook door zijn nalatenschap in de vorm van een enorme schat aan cartoons, tekeningen en muziek. Wie ze ‘leest’ leest zijn ware verhaal en vergeet deze man niet gemakkelijk…
De wereld is een unieke, markante, lieve levens-, en stervenskunstenaar armer. Dank je wel Therus Buijs!